Bij tweedejaars geven we een introductieworkshop ter plaatse, indien de wedstrijd ingebed is in het curriculum en verbonden is aan studiepunten. Indien niet, organiseren we een online introductieworkshop waarin we toelichting geven over de werking van Whizzkids, de opdrachten en hoe we deze linken aan de ICT-eindtermen.
De teams krijgen vervolgens in teams van 3 studenten een vragenreeks met 30 vragen én 5 opdrachten waarbij ze hun kennis in praktijk moeten omzetten. Ze leren opzoeken, interessante websites kennen, online tools gebruiken én ze leren hoe ze als leerkracht ICT kunnen integreren in hun lessen. De meeste vragen omvatten ICT-zoekopdrachten op het niveau van kinderen uit de bovenbouw van de basisschool maar pedagogisch-didactisch gericht op zowel kleuter- als lager onderwijs. De vragen en opdrachten zijn conform DigCompEdu, een Europees referentiekader voor digitale competenties van leraren.
Het materiaal dat de studenten nodig hebben, wordt door de Whizzkidsjury doorgegeven via een Google Classroom. Elk groepje krijgt een Whizzkidsaccount om deel te nemen. Met het Whizzkidsaccount kunnen studenten inloggen op de Whizzkidstegel van Academic Software waar meerdere apps en tools gratis beschikbaar staan. Daardoor kunnen alle studenten van de verschillende hogescholen op gelijke hoogte starten bij het gebruik van de verschillende tools en apps.
De Whizzkidsjury verbetert de antwoorden en opdrachten en geeft uitgebreid feedback aan de studenten en hun docenten.
De 20 best scorende teams gaan naar de finale in Google Brussel waar ze strijden om de Whizzkidstrofee en het leuke prijzenpakket.